De gemeente past de regels aan om paasvuren ook onder de Omgevingswet mogelijk te maken.
Landelijke wijziging
Daarom wordt het zogenoemde TAM-omgevingsplan hoofdstuk 22b Vreugdevuren wordt aan de gemeenteraad voorgelegd en dat plan moet regelen hoe een paasvuur in het vervolg voldoet aan de eisen van de Omgevingswet. De aanleiding is de landelijke wijziging waardoor paasvuren niet langer via een ontheffing van het college mogen, maar via een vergunningplicht worden beoordeeld.
Nieuwe regels onder de Omgevingswet
Sinds 1 januari 2024 gelden voor het verbranden van snoeiafval tijdens paasvuren nieuwe landelijke regels. De activiteit valt nu onder de milieubelastende activiteiten uit de Omgevingswet. Daardoor moet bij een vergunningaanvraag worden getoetst aan rijksregels over luchtkwaliteit en doelmatig afvalbeheer. Die regels houden geen rekening met lokale tradities. Gemeenten kunnen daarom aanvullende bepalingen opnemen in hun eigen omgevingsplan.
Door het nieuwe hoofdstuk 22b vast te stellen krijgt Almelo de mogelijkheid paasvuren lokaal te beoordelen, zodat tradities behouden kunnen blijven binnen de landelijke kaders.
Wijzigingen in het plan
Tijdens de inzageperiode van januari tot februari kwamen er geen zienswijzen binnen. Wel is het plan op enkele punten aangepast, onder meer na onderzoek naar luchtkwaliteit. De maximale omvang van een paasvuur gaat van 1000 naar 900 kubieke meter en in het plan is extra toelichting toegevoegd. Ook zijn verwijzingen naar andere feestdagen verwijderd, omdat het plan uitsluitend betrekking heeft op paasvuren.
Volgens het regionale onderzoek, uitgevoerd in opdracht van de Twentse gemeenten en Deventer, vormt luchtkwaliteit geen belemmering voor vergunningverlening. Alleen de tijdelijke uitstoot van PAK’s komt kortdurend boven een jaargemiddelde grenswaarde, maar dat levert volgens de onderzoekers geen structureel luchtkwaliteitsprobleem op.
Gevolgen voor organisatoren
Organisatoren van paasvuren moeten ook aantonen dat er geen negatieve effecten zijn op Natura 2000-gebieden. De provincie Overijssel heeft daarvoor een digitale stikstoftool beschikbaar. Zodra het omgevingsplan onherroepelijk is, zijn er ruimtelijk geen belemmeringen meer voor het aanvragen van een vergunning. De Omgevingsdienst Twente beoordeelt vervolgens de aanvragen. Voor 2026 moeten aanvragen tijdig worden ingediend; de beoordeling duurt ongeveer acht weken.
Volgende stappen
Na vaststelling door de gemeenteraad wordt het plan ter inzage gelegd. Almelo vraagt de provincie om het plan versneld te publiceren, omdat er volgens de gemeente geen provinciale belangen worden geraakt. Het plan zal op termijn worden opgenomen in het definitieve omgevingsplan volgens de landelijke standaard.
