Ondanks de stevige bries die waaide en een temperatuur van tien graden, waren veel inwoners van Almelo op zondagavond 4 mei naar de jaarlijkse Dodenherdenking aan het wethouder E. van Dronkelaarplein gekomen. Het was de eerste keer dat burgemeester Richard Korteland de traditionele toespraak hield en de eerste krans legde bij het Monument voor de Gevallenen, samen met zijn vrouw. Het werd al met al een waardige herdenking waarbij meer mensen aanwezig waren dan vorig jaar.

Ingetogen repertoire
Na het welkom van Joke Pezie, Bestuurslid van de Stichting In Vrijheid Herdenken Almelo, aan alle aanwezigen werd het gedicht Vrijheid van Miley Ponten voorgelezen door haar vriendin/klasgenote Annemijn Sterken. De VWO-leerling van het Canisius maakte het winnende gedicht in een wedstrijd voor middelbare scholieren die de Stichting In Vrijheid Herdenken Almelo had uitgeschreven. Het Orkest van Almelo bood muzikale ondersteuning met een ingetogen repertoire om de slachtoffers van oorlogen, conflicten en vredesmissies te herdenken.
Kranslegging
Het Almelo’s Christelijk Mannenkoor en het Almelo’s Mannenkoor verzorgden het vocale gedeelte. Soliste Armanda ten Brink bracht toepasselijke liederen, onder andere Durme, Durme, een Jiddisch slaapliedje en ze zong samen met de Almelose koren het Benedictus van Gounot. Twee minuten stilte werden door alle aanwezigen in acht genomen volgend op de taptoe die rond acht uur door Martin Nieuwerth geblazen werd. Door allerlei Almelose instanties, verenigingen en inwoners werden bij het monument kransen gelegd. Aan het einde van de bijeenkomst werden het eerste en zesde couplet van het Wilhelmus gezongen.
Monument voor de Gevallenen
Het ‘Monument voor de Gevallenen’ herdenkt de ruim 400 medeburgers die tijdens de bezettingsjaren door oorlogshandelingen zijn omgekomen. Het is onthuld op 4 mei 1951 door burgemeester mr. J.M. van Ravesloot en de heer P.M. Roymans. De namen van de ruim 400 slachtoffers staan op gedenkplaten die in 2002 aan het Monument zijn toegevoegd.
Hieronder de reportage met bijdragen van Cees Meulenbelt, Tobias Horst en Henk Kooy:
Weergaven: 74