Hij is bijna door alle media geïnterviewd: Alfons Spoler, de duivenvriend van Almelo. Hij is inmiddels een bekend gezicht aan de havenkom in het centrum van Almelo.
De ijsvogels van Anne Wenzel
Want daar verzorgt hij al 3 jaar de duiven, controleert hij hun pootjes en leert anderen hetzelfde te doen. Hij is trouwens in goed gezelschap van de drie ijsvogels van beeldend kunstenaar Anne Wenzel. Almelo1 sprak met Alfons over zijn bijzondere werk, zijn missie en zijn liefde voor dieren.
1) Hoe is jouw betrokkenheid met de duiven ontstaan?
“Ik heb het ooit in Amsterdam gezien, op de Dam, waar een vrouw hetzelfde deed. Ze gaf ook workshops, zodat anderen konden leren duiven te helpen. Ik ben een paar keer met haar meegelopen — en nu geef ik zelf workshops.”
2) Wat leer je mensen in die workshops?
“Dat ze leren duiven te lokken, door ze te voeren, en te kijken naar hun voetjes. Als een duif iets om de pootjes heeft, leren ze hoe je dat veilig kunt verwijderen. En ook wat je wel of niet op straat kunt doen.”
3) Herkennen de duiven jou inmiddels?
“Jazeker! Als ik naar het marktplein loop, komen ze me al tegemoet vliegen. Ze vertrouwen me, omdat ik geen wilde bewegingen maak. Mensen die duiven wegjagen, zwaaien met armen of benen. Ik blijf rustig — en ze weten dat ze van mij eten krijgen.”
4) Wat voor voer geef je de duiven?
“Geen speciaal duivenvoer. Dat is te grofkorrelig; als ik dat gooi, rolt het weg. Ik gebruik fijner voer, zodat het dichtbij blijft en ik ze beter kan benaderen als ik een duif moet helpen.”
5) Hoe reageren voorbijgangers op jouw werk?
“De meeste mensen lopen gewoon voorbij, maar ik krijg ook complimenten — of iemand drukt me wat geld in de hand voor voer. Heel soms zijn er mensen die het niks vinden, vaak ondernemers of bewoners die bang zijn voor overlast. Maar dat valt reuze mee; de duiven hebben hier een mooi plekje op het gebouw, ze zitten niet op balkons.”
6) Hoe komen die draadjes of haren eigenlijk om de pootjes van de duiven?
“Dat ligt allemaal gewoon op straat: mensenharen, touwtjes, draadjes. Tijdens het eten lopen duiven daar doorheen, en het wikkelt zich vanzelf om hun tenen. Zolang het los zit, kun je het nog verwijderen. Maar als het strak gaat zitten, kan een teen afsterven — daarom moet je snel zijn.”
7) Wat voor soort duiven zijn dit eigenlijk?
“Het zijn stadsduiven. Ze stammen af van de rotsduif die vroeger leefde in de kustgebieden rond de Middellandse Zee. Ooit haalden mensen duiven in huis om mee te fokken, als pluimvee of als postduif. Sommige postduiven kwamen nooit meer thuis en bleven in andere steden hangen. Hun jongen zijn opgegroeid in de stad en weten niet beter: ze zijn volledig afhankelijk van mensen.”
8) Heb je tips voor inwoners van Almelo over hoe ze beter met duiven kunnen omgaan?
“Ja: laat kinderen niet achter de duiven aanrennen. Duiven zijn bang voor mensen en komen alleen naar beneden om te eten. Op straat lopen is gevaarlijk voor ze — door verkeer en mensen. Dus laat ze rustig eten: ze kunnen zelf geen voedsel in de natuur vinden.”
9) Hoe lang wil je dit nog blijven doen?
“Ik ben inmiddels bijna 67, maar ik hoop er nog een aantal jaren mee door te gaan. Zolang het lukt, blijf ik dit doen.”
10) Wat is jouw grootste droom?
“Dat mensen meer respect krijgen voor duiven — en eigenlijk voor alle dieren. De mens is niet de baas op de wereld. Elk dier is een individu en verdient respect. Ik eet al meer dan twintig jaar geen vlees of dierlijke producten. Dieren horen niet op ons bord, ze horen bij het leven.”
Wat zou je tegen alle inwoners van Almelo willen zeggen?
“Duiven zijn stadsbewoners net als wij. Ze hebben alleen een beetje hulp nodig”, aldus Alfons Spoler tot slot.